ESSZIMMER
WERETH

DECEMBER 2022 | In de Belgische Eifel ontkom je niet aan de oorlogswinter van 1944-45. Zo tastbaar de Eerste Wereldoorlog nog in de Vlaamse Westhoek is, zo liggen kruisen, zuilen en wapperende stars and stripes hier als herinneringen aan het Ardennenoffensief voor het grijpen.

Ik ben op mijn hoede wanneer verhalen uit die tijd komen aanwaaien. Maar hult het landschap zich in een sfeer die ik van oude foto's ken, dan ben ik weerloos.

Het overvalt me op een late winterdag in 2022. Pikdonker wordt het bij het vallen van de avond niet: de sneeuw op duizenden bomen licht het panorama rondom Wereth op. 

17 december 1944 ziet er ongetwijfeld identiek uit. In de eetkamer van Matthias en Maria Langer speelt zich die avond iets bijzonders af. Elf haveloze Afro-Amerikaanse GI-soldaten doen zich hier te goed aan brood en soep die Maria hun heeft voorgezet.

De streek is sinds 1940 bij decreet van Hitler opnieuw Duits. Door de vijand naar binnen te wenken, neemt het boerenechtpaar Langer een risico. Hun gastvrijheid wordt door een buurvrouw verraden. Vier SS'ers jagen de 11 jongens de hoeve uit en werken Maria's warme maal naar binnen. De volgende ochtend vinden kerkgangers de Amerikanen terug aan de rand van het gehucht: doodgevroren, de benen gebroken, ogen doorstoken, ontbrekende vingers.

In 1945 inventariseert het Amerikaans Congres de gevallen Amerikaanse soldaten in Europa, zonder hint naar de 11 die in Wereth brutaal de dood vonden. Afro-Amerikaanse families over het lot van hun gevallen jongens informeren is geen prioriteit. Stomverbaasd over het feit dat Washington ook een halve eeuw na de feiten 11 van zijn gesneuvelde onderdanen doodzwijgt, richt zoon Hermann Langer in 1994 zelf een bescheiden monument op de plaats van de lynchpartij op. Nog dat jaar valt het een reisgezelschap Amerikaanse militairen op. Met nazaten van het echtpaar Langer en lokale vrijwilligers stichten ze een comité dat samenwerking zoekt met de Amerikaanse overheid.

Hermanns monument wordt in 2004 vergroot; nog vandaag herdenkt geen ander monument in Europa de gesneuvelde Afro-Amerikaanse soldaten. Pas in 2017 voegt het Amerikaans Congres de misdaden tegen de 1,2 miljoen Afro-Amerikaanse soldaten tijdens de Tweede Wereldoorlog toe aan de officiële lijst gevallen soldaten. Ik geloof graag dat het grotendeels dankzij de inzet van deze Ostbelgier is.

Op het ogenblik dat hun vaderland hun dood erkent, brengen (achter)kleinkinderen van de vroegere vijand Duitsland deze jonge Amerikanen al 20 jaar lang hulde.

Ook 80 jaar nadat de terreur van de Tweede Wereldoorlog zich op deze kleine streek concentreerde, notuleren heemkundige kringen gebeurtenissen in tijdschriften, smaakvol opgezette exposities en filmavonden met nooit vertoond beeldmateriaal. Ze betuigen de eigen voorouders liefdevol erkenning voor het leed dat de oorlog bracht. Dat politiek België hen tot een flink eind in de jaren 80 als landverraders beschouwde, verlichtte het gemoed allerminst.

Geschiedbeleving draagt in Wereth een ander gezicht. Zoals Matthias en Maria Langer in 1944, wijdt Wereth zich aan jongemannen die hier het leven lieten in een strijd voor vrijheid die ze thuis niet kenden. Op het ogenblik dat hun vaderland hun dood erkent, brengen (achter)kleinkinderen van de vroegere vijand Duitsland deze jonge Amerikanen al 20 jaar lang hulde.

De Amerikaanse historicus Arno Mayer schreef dat herinneringen zich met de tijd vastzetten, terwijl geschiedenis om constante herziening vraagt. Zijn woorden lezen als een bespiegeling bij de spreidstand die Ostbelgien maakt.

Aan deze tafel en op deze stoelen deelden de 11 jonge soldaten hun laatste momenten, voorgoed veroordeeld tot elkaar. De verstilde aanwezigheid van dit ogenschijnlijk banale meubilair smakt de oorlog directer in het gezicht dan de aloude bunkers en loopgraven in de nabije wouden.